neerlandés » alemán

rich·ten1 <richtte, h. gericht> [rɪxtə(n)] V. trans.

1. richten (in een rechte lijn brengen):

richten
(aus)richten

4. richten (rechtmaken):

richten
richten

rich·ten2 <richtte, h. gericht> [rɪxtə(n)] V. intr.

richten
zielen
op iets richten
etw anvisieren
scherp richten
scharf zielen

rich·ten3 <richtte zich, h. zich gericht> [rɪxtə(n)] V. wk ww zich richten

1. richten:

richten (zich wenden tot)
sich wenden
richten (richting)
sich hinwenden
zich richten tot iem (richting)
sich jdm zuwenden
zich richten tot iem (met verzoek)
sich an jdn wenden

3. richten +dat.:

richten (zich concentreren op)
sich widmen +dat.
richten (sterker)
sich konzentrieren
zich geheel op zijn studie richten
sich ganz seinem Studium widmen

Ejemplos de uso para richten

scherp richten
scharf zielen
de koers richten naar
Kurs nehmen auf +acus.
zijn schreden richten naar
seine Schritte auf etw acus. lenken
zich richten tot iem (richting)
sich jdm zuwenden
te gronde richten
zugrunde richten
op iets richten
etw anvisieren
het geweer op iem richten
das Gewehr auf jdn richten
zijn aandacht op iets richten
seine Aufmerksamkeit auf etw acus. richten
iems aandacht op iets richten
jds Aufmerksamkeit auf etw acus. lenken
zich richten naar de mode
sich nach der Mode richten
zich naar de orders richten
sich nach den Anweisungen richten
zich naar de omstandigheden richten
sich den Umständen fügen
een vraag richten tot de voorzitter
eine Frage an den Vorsitzenden richten
zich geheel op zijn studie richten
sich ganz seinem Studium widmen
iem/iets de grond in boren [o. te gronde richten] fig. (ten ondergang brengen)
jdn/etw zugrunde richten

Consultar el diccionario

neerlandés

Página en Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Consultar los diccionarios
Los más populares